’t Zal vast wat te maken hebben met het voortschrijden der jaren. Het komt ongetwijfeld voor een deel door oude herinneringen, waarin doorgaans alles van vroeger rooskleuriger in je grijze bovenkamer staat opgeslagen dan het werkelijk was. Het wordt echter wel tijd voor een stukje bezinning als het gaat om de communicatiepatronen van vandaag de dag. Ik ga geen oudbakken betoog houden voor de terugkeer naar de jaren vóór internet, want de zegeningen van die periode waren veel minder groot dan we nu soms in onze dromen lijken te visualiseren, maar soms, heel af en toe, wil ik best een week in een hutje op de hei zitten, ver weg van alle gekrioel, van alle geblaat, van alle stompzinnige geleuter van politici, van talkshows, van coronadeskundigen, van programmamakers, van de John de Mols, al zit aan die laatste een heel andere invalshoek verbonden op dit moment.
Twitter en Facebook zijn debet aan de indrukwekkende en dramatische gebeurtenissen in Washington van 6 januari. Daarna hebben die kanalen Trump – vier jaar te laat – heel dapper monddood gemaakt en inmiddels heeft ons eigen nationale populistische kalf een nieuw Telegram-kanaal geopend om zijn ongebreidelde stroom ultrarechtse bullshit-berichten wereldkundig te maken. Ik bezin me op mogelijkheden om te stoppen met alle social media, ook al ben ik daar helemaal niet zo actief me bezig. Achter elk bericht, achter elke digitale stuiptrekking schuilt immers het gevaar van de leugen, een fakecomponent, de kans op onzin, nog eens vergroot door je eigen algoritmes van de laatste weken. Gisteren werd gemeld dat Lange Frans zijn complottheorieën over de kinderbloeddrinkende Haagse elite nu verspreid via BitChute, waarmee we vroeg in het seizoen al weer worden opgezadeld met een volgend zinkputje rond communicatie. Vorige week heb ik voor de zekerheid pakweg 2.500 foto’s en plaatjes van m’n website gegooid omdat iemand iets onbenulligs riep over auteursrechten. Eén voor één zijn die onschuldige afbeeldingen grondig verwijderd en bij elke delete heb ik een keer hartgrondig gevloekt, omdat die hele bezigheid indruiste tegen mijn gevoel voor eerlijkheid en vrijheid, versterkt door de bijgevoegde acceptgiro. Bij elke delete dacht ik een split second zelfs aan stoppen met schrijven, met publiceren, met het plaatsen van creatieve hersenspinsels, maar inmiddels, weer een dag of vijf verder, zijn die gedachten verdreven door een nieuwe dosis positivisme, de drive om ergens een mening of een standpunt over te hebben en die op enig moment wereldkundig te maken. Per slot van rekening kan dat ook zonder actuele foto’s van hotemetoten. Het opkomende gevoel van een griepje – of meer – is inmiddels weer passé en daarom is dit een geweldige dag om het moeizaam begonnen jaar een herstart te geven. Het grote opschonen van de boze hersencellen is klaar en ik heb jullie daar, als lezer, even bij betrokken. Het positieve van 12 januari is dat er nog 353 dagen resteren om 2021 te doen uitgroeien tot iets moois. De coronacijfers bewegen zich neerwaarts, het vaccin is er, over twee maanden begint het voorjaar en zojuist vertelde de orthopeed me dat mijn schouder weliswaar wat slijtage vertoont, maar niet geopereerd hoeft te worden. Allemaal lichtpuntjes dus. We klampen ons eraan vast.
See you.
Wil je gratis en automatisch de columns en blogs van Roelsrules ontvangen?: stuur je mailadres naar aanmelding lezersservice
Geef een reactie