Terwijl Marleen Barth vanwege haar ‘beperkte’ inkomen voortaan een vakantie in het bounty-achtige Renesse overweegt en de politiek in Nederland als gevolg van haar stupiditeit nog meer versplintert wordt er, middenin het Olympische geweld, deze week gestemd over de Orgaanwet van Pia Dijkstra, een mooie afwisseling met het gemaskerd figuurskiën met driedubbele dronkemanssalto in gemengde estafette, want het TV-aanbod en het absorptievermogen van sport-kijkend en carnavalvierend Nederland wordt in deze periode danig op de proef gesteld.
Even serieus, terug naar Den Haag. Dijkstra voert nu al een jarenlange politieke strijd uit naam van talloze zieke landgenoten, die – vaak vergeefs – wachten op de milde en barmhartige initiatieven binnen ons politiek bestel om te komen tot aanpassing van een wet waarbij overbodig geworden organen een tweede leven mogen leiden in een verder nog acceptabel lichaam. Ethisch, politiek en maatschappelijk is (automatische) orgaandonatie een beladen onderwerp omdat met de nieuwe wet sprake is van inbreuk op het liberale gedachtegoed van zo weinig mogelijk overheidsbemoeienis, terwijl dit initiatief aan de andere kant, puur uit sociale overwegingen en in naam van de menselijkheid, om een klaterend applaus schreeuwt. Dat de christelijke partijen in Nederland nauwelijks sjoege geven bij zaken die buiten de bovenaardse wil van de Heer om gaan is anno 2018 een even pijnlijk als onbarmhartig gegeven. Uiteraard zijn er verder ook hele volksstammen die zich niets gelegen laten aan welke maatschappelijke ontwikkeling ook, lichtjaren verwijderd zijn van elk belangwekkende ontwikkeling binnen onze samenleving en uiteraard ontstaan er in specifieke situaties discussies over wel of niet doneren na een sterfgeval, maar Dijkstra en haar achterban hebben juist daarom nog steeds de achtervang van de nabestaanden in het ontwerp opgenomen. Ik ben al jarenlang te laks geweest met het invullen van mijn codicil, zodat ‘t ding nog steeds ontbreekt tussen mijn belangrijke papieren en daarom zal ik blij zijn als de Eerste Kamer morgen ja zegt tegen dit humanitaire initiatief, waarvan het succes uiteraard geborgd moet worden via een fantastische informatiecampagne en waarbij uitzonderingsregels moeten voorkomen dat ongewenste situaties leiden tot conflicten. In het buitenland is in veel gevallen – België, Duitsland, Frankrijk en zelfs Spanje – de wet van kracht dus eigenlijk was dit een prachtige kans geweest voor het Europees parlement, maar ja, daarmee zal ik wel ver voor de muziek uitlopen, vrees ik.
‘Als je nu de ramen op de bovenverdieping niet gaat wassen, bestel ik een glazenwasser’. De dreigtaal van mijn vriendin staat me helemaal niet aan en noopt me tot een belofte die ik waarschijnlijk weer niet ga waarmaken, maar je moet toch wat. Ramenwassen op de bovenverdieping, zeker aan de kant waar je nooit doorheen kijkt en die ook buiten het zicht van de buitenwereld valt, is zo ongeveer de meest zinloze bezigheid op aard. Bovendien vereist deze activiteit òf een ladder – om er fatsoenlijk bij te kunnen, streeploos te kunnen zemen en zonder verder gezeur weer een half jaar door te kunnen – òf een lange, uitschuifbare steel met zeem-element. Voor a. is het lastig om hoogtevrees te hebben en bij b. krijg je doorbuigende stelen die te weinig grip krijgen op het raamoppervlak waardoor het resultaat als onvoldoende wordt beoordeeld. Ik zag vanmiddag de capriolen van een ploeg glazenwassers bij de overburen. Met ladders van zeven meter hoogte beklommen deze geveltoeristen met gevaar voor eigen leven en zonder vergrendeling de derde verdieping waarbij de zwarte truien in opdracht handelden van het gele hesje, dat niet alleen de lakens maar ook het gereedschap en de bevelen uitdeelde. Ik miste eigenlijk alleen nog ‘kopje koffie glazenwasser?’ van buurvrouwen Visca of Cera. Vervolgens trok de invasie, gewapend met lange ladders, emmers en trekgereedschap langs mijn keukenraam met een blik van ‘wat ben jij stom dat je deze kans voorbij laat gaan’. Eigenlijk hebben ze gelijk, want ze roken waarschijnlijk op afstand dat ik een bloedhekel heb aan ladders, dat ik de drempel bij m’n voordeur al hoog vind en dat er peilloze angsten naar boven komen bij de herinnering aan de tijd dat ik zo nodig zelf kozijnen en dakkapellen moest schilderen op een hoogte van 8 meter en 35 centimeter. Toppunt van angst was de klim naar de nok van het dak, ik meen in 1987, toen een afvoerpijpje op het dak was scheefgewaaid, waarbij de via opgeschoven dakpannen afgelegde klim nu nog de reden is om af en toe badend in het zweet wakker te worden. De afdaling duurde minstens een bibberend half uur, waarbij de toenmalige buren zich radeloos afvroegen waarom de brandweer niet werd gebeld.
Mooie, sportieve week gewenst. Het wordt vast weer goud vandaag.
See you.
Heb je belangstelling voor de automatische en gratis lezersservice van Roelsrules?: stuur je mailadres naar aanmelding lezersservice
Ha ha Roel, jij hebt geen idee wat er zich afspeelt als de glazenwassers achter het huis zijn….
vertel je me nog wel eens Viska