Lastig is het. Al wekenlang loop ik te zieltogen over allerlei wereldse items waarvan de weergave via TV en andere media intens de huiskamer wordt binnengeslingerd. Mijn zintuigen doen zeer van hetgeen zich in rap tempo voltrekt en het wereldbeeld verandert zo snel dat we steeds weer nieuwe standpunten moeten innemen over de mensheid in het algemeen. Er zijn dagen waarop ik mezelf zeker achtmaal de vraag stel: ‘word ik oud, kan ik het niet meer bijsloffen?’ De politiek te Den Haag is verworden tot een vunzig speeltje van Rutte tegen de rest en na de kansloze Hamer gaat Remkes ongetwijfeld binnen de kortste keren slagen in zijn pogingen om de zaak scherp te stellen via een minderheidskabinet. Als hij dat kunststukje voor elkaar krijgt kunnen we zo’n reddende engel misschien ook nog even langs Kabul sturen om daar wat orde in de chaos te scheppen. Van de Taliban bestaan, zo las ik deze week, pakweg vijftig takken van sport, versies, varianten, variërend van criminele groeperingen tot en met de gematigde moslimmeute die toenadering met het westen noodzakelijk acht voor de wederopbouw van dit land en het zal me niet verbazen als dat land vanaf volgend jaar zo maar via de reisfolders van Cor en Don of Sunweb als ideaal vakantieland wordt aangeprezen, via fijne, hoge bergen met spannende strijdtafereeltjes, prachtige landschappen met af en toe een mijnenveld, een aantrekkelijk klimaat voor levensmoede avonturiers en een extreem lage koers van de Afghani, elementen die ervoor zorgen dat zo’n tripje prettig geprijsd kan worden aangeboden, zonder terugreisgarantie. Talibanleiders laten weten te willen leven als de profeet in de 14e eeuw, maar dan wel met een Iphone in de ene en een Kalashnikov in de andere hand. Je raakt toch volkomen van de leg door die gekte?
Tot vanmiddag was ik faliekant tegen die verdomde race op Zandvoort. Tijdens het wegtrekken van de Oranje wolken, die zich boven de Noordzee stiekem hadden vermengd met de uitstoot van Tatasteel, hoorde ik een gesprek met Jantje Lammers, onze nationale raceknuffel, en dan ga je toch twijfelen tussen de pro’s en de contra’s van dat circus, ondanks de terecht verguisde en intens gehate Bernard Brillenmans.
Om mijn verwondering en verbazing nog wat te voeden kwam ik bladerend in het dagblad uit bij zes pagina’s van de Gogbot, een soort digitaal festival met aandacht voor deepfake-technologie en andersoortige elektronische trukendoosjes die de bezoeker bestoken met digitale showelementen, neergezet in een fakebar met futuristische elementen, die je zintuigen compleet naar de Filistijnen helpen. Met aandacht en stijgende verwondering nam ik onder het motto ‘ik wil het snappen’ de schreeuwende werfpagina’s in me op en heb mezelf gelukkig geprezen met mijn analoge hobby’s schrijven en schilderen. Het is dus een gezwabber van jewelste tussen dagelijkse items die om aandacht vragen, die gehoord willen worden en waarvan je iets moet vinden.
Tijdens Vroege Vogels hoorde ik vanochtend een zwaar depressieve biologe nog altijd veel verdriet hebben van de in 1662 uitgestorven dodo en juist die zwaar overdreven en zwaarmoedige bespiegeling gaf vandaag een boost in de juiste richting, want met alleen de conclusie: ‘rare jongens die mensen’ komen we immers ook niet veel verder. Vanmiddag heb ik dus na 72 Tarzanbochten toch stiekem even ‘hup Max’ geroepen, sorry!
See you.
Wil je gratis en automatisch de columns en blogs van roelsrules ontvangen?: stuur je mailadres naar aanmelding lezersservice
Geef een reactie