Bij het schrijven van deze titel ben ik in elk geval verzekerd van een bruisende reactie van de helft van mijn lezerspubliekje, dat alert gaat zitten lezen en loeren op een kans om me fors van repliek te dienen. Da’s mooi, dat is precies de bedoeling ook, er moet namelijk iets gebeuren. Waar gaat het over?
We kampen in dit land met een enorm personeelstekort, dat horen we elk uur, elke minuut. In alle segmenten van de samenleving doet zich het probleem voor van te weinig personeel, onvoldoende inzetbare mensen om alle behoeften te kunnen invullen. Gevolg is een samenleving die niet meer in staat is vraag en aanbod optimaal af te stemmen, een annulering van veel diensten, lange doorlooptijden van opdrachten en bestellingen en daardoor een dreigende ontwrichting van de (consumptie)maatschappij.
Nederland heeft, zo bleek, veruit de meeste deeltijdbanen ter wereld, tweemaal zoveel als de nummer twee, Duitsland, om maar wat te noemen. Vooral vrouwen, daar komt ie, willen niet, hoeven niet, of mogen van de partner niet méér werken en daarmee creëren we ons eigen probleem op de arbeidsmarkt, in de economie. Vrouwen krijgen bovendien, gezien allerlei landelijke discussies, steeds meer problemen met de menstruatie en de overgang, waardoor de concrete inzetbaarheid verder dreigt af te nemen. Het tegenstrijdige element zit ’m in de decennialange emancipatiestrijd, de wil van vrouwen om binnen alle segmenten van diezelfde samenleving, vooral in de de top, door te stromen.
Verder groeien onze ambities als vanouds tot in de hemel, want we moeten in 2026 overal zonnepanelen en warmtepompen hebben, de woningbouw moet uit het slop en we kunnen niets, doen niets en ondernemen niets. ‘Arbeidsmigranten’, roept menigeen plotseling. Tja, kan, als we de tegenstanders van immigratie eerst emigreren lost dat veel op, net als het verbeteren van de schandalige huisvesting en salariëring.
We moeten dus iets bedenken voor de vrouw in het algemeen en de werkende vrouw in het bijzonder, de Nederlandse vrouw van wie de gemiddelde leeftijd drie jaar hoger ligt dan die van de man en dus alleen al daarom veel meer zou kunnen bijdragen aan zaken als productiviteit. Voorwaarde is dan wel, lastig, dat mannen bereid zijn om wat meer te koken en te stofzuigen, dat vrouwen ook tijdens hun maandelijkse cyclus niet zoveel klagen en dat we met z’n allen minder mekkeren en meer productieve uren maken. Dat laatste is wellicht het grootste probleem, want de effectiviteit van ons werk, daar gaat het tenslotte om, heeft ernstig te lijden door zaken als social media, bureaucratie, eigenzinnige stel- en spelregels van bedrijven. Ook daarin zijn we groot in dit land.
Poeh, het klinkt allemaal wat rechts wat ik hier roep, rechtser in elk geval dan ik doorgaans door het leven wandel, maar als ik praat met werkgevers in de kring van vrienden en bekenden, hoor ik overal dezelfde geluiden, ook onder de werknemers trouwens, en ook onder de vrouwen zelf. De oplossing is dus binnen handbereik en begint met de vaststelling dat ‘t dus wel degelijk de schuld is van de vrouwen, die onvoldoende gebruik hebben gemaakt van hun recht op arbeid en emancipatie, en ‘t is daarnaast de schuld van de man die de emanciperende aanval van de vrouw heeft afgeslagen omdat de huishouding bij nader inzien toch zo z’n beperkingen kende. Verder hoorde ik gisteren een deskundige (vrouw) roepen dat vrouwen over het algemeen heel lang moeten nadenken voordat ze ergens ‘ja’ op zeggen, bijvoorbeeld het aanbod van een leuke baan. Dan komen we echter uit bij het arsenaal verschillen tussen de man en de vrouw in het algemeen en daar ga ik me op deze plek, ondanks al m’n kennis en standpunten, even niet de vingers aan branden. Om de tekst in deze column verder wat te nuanceren kunnen we gemakshalve nog wijzen naar de overheid, die mannen en vrouwen op hetzelfde moment met pensioen sturen – ondanks de genoemde verschillen in gemiddelde leeftijd – en die meer deeltijduren teveel extra fiscaal belast. Zijn we nu dan terug bij af? Neuh, dacht ’t niet, want het begint immers bij analyseren, interpreteren en concluderen, voordat stap twee, de oplossing kan worden geïmplementeerd. Aan de slag dus, met z’n allen verdorie, inclusief de nog volop fitte en werkwillige pensionada’s, het oudere volk, het deel dat niet alleen maar op de kleinkinderen past. De handen uit de mouwen!
Ik moet tenslotte eerlijk toegeven dat ik soms ook wel eens moe word van m’n eigen bespiegelingen, maar ik ben vooral nieuwsgierig naar wat reacties, zodat we deze krulpraat de rest van het jaar een passend vervolg kunnen geven, thuis, in de kroeg of where-ever. Kom maar op dus!
See you.
Wil je gratis en automatisch de columns en blogs van Roelsrules ontvangen?: stuur je mailadres naar aanmelding lezersservice
Over vrouwen en werk etc. mannen na hun 65ste etc. Zelf vind ik het een mooie ontwikkeling. Juist minder consumeren, minder/minder = meer kwaliteit van leven i.p.v. shoppen richting kwantiteit. Op de plaats rust is wat de mens nodig heeft, en inzicht in datgene te doen wat werkelijk bij je hoort, gezien je karma, en komen tot je ‘give back’ en ‘eternal effect’, dat maakt je gelukkig en door jouw waardecreëering wordt vanzelf jij en je mede betrokkenen ook gelukkig.Doe al hetgeen je realiseren wil vanuit de plek waar je bent, nl. thuis en daardoor komt de huiselijkheid en wordt saamhorigheid/vrede vanzelf bewerkstelligd. Mannen boven de 65e levensjaar doe ook eens iets waar je geen zin in hebt en je ervaringswereld wordt ruimer. Hart.groet Frank WLM