Het was alweer een tijdje geleden dat de geest van Edward A. Murphy een voet over onze drempel zette. Ik denk zelfs nog te weten wanneer deze wetenschapper annex onheilsprofeet nog eens op de achterbank van mijn auto meereed en daar een merkwaardig grote invloed had op hetgeen zich die dag op ’s Heren wegen manifesteerde.
Afgelopen week, dus lang na die vorige incidentrijke periode, was hij er weer, of één van zijn nazaten, dat laat ik in het midden.
‘Als iets fout kan gaan, gaat ‘t ook fout’ is globaal de strekking van zijn vermaledijde en op pessimisme gestoelde boodschap, en jawel, dat gebeurt dan in zo’n week, in Den Haag uiteraard, maar in dit geval vooral aan het thuisfront.
De details van de gebeurtenissen zal ik beperken tot iets met elektriciteit, verlichting, zaken waar ik, grif toegegeven, de ballen verstand van heb, want het onderscheid tussen volt, watt en ampères kan ik amper beschrijven, en als dan ook de meterkast moet worden vernieuwd ten gunste van een nieuwe drie-fasen groepsontwikkeling, dan ben ik weliswaar voor de korte termijn wel wat kennis rijker, maar kan ik dat hele verhaal een dag later al niet meer reproduceren, een genetische beperking vanuit de stelling dat een mens nu eenmaal niet alles kan weten.
Plotseling hing daar tussen de bedrijven door een merkwaardige rioollucht rond ons toilet, het doorspoelen was lastig en een voorzichtige verkenning van de afvoer leerde dat er iets verstopt zat, op een lastig toegankelijke plaats in de kruipruimte, waardoor de afdaling door het mangat, gevolgd door een tijgersluipgang van een meter of zes resulteerde in de conclusie dat de rioolkoppeling op een vervelende plaats naargeestig aan het druppen was. ‘Kut’ denk ik dan hardop, zoals ik dat wel vaker denk vandaag de dag. We zijn echter van huis uit voor geen kleintje vervaard en hoppa, de deksel eraf geschroefd, waarna een golf van bruin afvalwater zich over de kruipvloer, m’n trui en mijn ouwe spijkerbroek verspreidde, met een lucht die zich het best laat omschrijven als niet te harden, een vrij logisch geheel door de prettige lokale mix van was- en toiletwater. Gewapend met een emmer en na nog drie tijgertochtjes, inclusief een kwartiertje graaien door de merkwaardige smurrie in het midden van de buizenconstructie, was de klus geklaard. De afvoer was schoon, ikzelf verschrikkelijk smerig en zelfs na een paar wasbeurten ervoer ik nog een soort aura van merkwaardig penetrante geurtjes.
De reeds in geschakelde ontstoppingsdienst kon worden afgebeld en dat scheelt toch gauw weer twee uur hoogtarief, zo sprak ik mezelf maar eens dapper toe, intussen Murphy in gedachten nog even uitlachend.
Vandaag kwam nog even een knul van Liander voorbij om onze toch al zo slimme meter nog intelligenter te maken, iets met de transitie naar 4G, en vanuit die operatie kwam de groepenkast weer even terug, waarvan hij gek genoeg geen verstand bleek te hebben door een merkwaardig specialistische stroomversmalling. Na zijn korte activiteit waren plotseling een paar lampen in huis defect, waardoor je geneigd bent te denken aan een complottheorie vanuit het gilde van stroomleveranciers, helemaal omdat ik juist nu bezig ben met een verkenning van anders rijden, iets met hybride, iets duurzaams ook.
Terwijl Pluvius al een paar dagen irritant doch nuttig bezig is las ik tussen de bedrijven door zojuist een boeiend artikel van het Humanistisch Verbond over de oude, veelzijdige filosoof Socrates, die z’n lange leven kenmerkte door de vaak irritante combinatie vragen, afvragen en verwonderen, gestimuleerd door de factoren onwetendheid en nieuwsgierigheid en zo’n feitenrelaas vormt dan een prachtige afsluiting van zo’n Murphy-weekje, die we dankbaar in de zak steken.
See you.
Wil je gratis en automatisch de columns en blogs van Roelsrules ontvangen?: stuur je mailadres naar aanmelding lezersservice
Geef een reactie