ter attentie van de heer Hans Brug, directeur generaal
Geachte heer Brug,
Afgelopen week heb ik eens een studie-uurtje gewijd aan de observatie van de website van uw RIVM, ons aller Rijksvoorlichtingsdienst voor Volksgezondheid en Milieu. Al sinds begin vorig jaar ben ik gebiologeerd geraakt door de menssoort die binnen uw instantie actief is om de vele nationale uitdagingen het hoofd te bieden. Het is immers niet niks wat er allemaal moet worden onderzocht, uitgeplozen, uitgevlooid, geanalyseerd en geadviseerd. Hoewel wij als naïeve Nederlandse burger het RIVM uitsluitend dreigen te relateren aan Covid-19, dan wel aan het onderzoek naar de stikstof-uitstoot, weet ik na het lezen van de site welke hoeveelheid andere narigheid uw pad dagelijks kruist. De website geeft alfabetisch weer dat het Babesiois Carbapenemase-producerende Enterobacteriaceae veel tijd vergt en dat Echinokokkose en Hepatities – in acht soorten – op de loer liggen als het gaat om het bedreigen van de mens als dubieus summum van de beschaving, als twijfelachtig kroonjuweel van de evolutie. Kijkend naar de gigantische opsomming van niet minder dan 374 items, waaronder de eikenprocessierups, de Vancomvcine-resistente enterokok en het onderzoek naar de oorsprong van genitale wratten begin ik me langzamerhand een idee te vormen van de omvang van uw instantie, met alle bijbehorende noodzakelijke disciplines en verantwoordelijkheden.
Kijkend naar deze immense ranglijst kan ik mij dan ook steeds beter een voorstelling maken van het gedrag, de kenmerken, de uitspraken en de karaktertrekjes van het RIVM-personeel, zowel het onderdeel met een vaste aanstelling als het ingehuurde leger aan virologen, epidemiologen en aanverwante zuurpruimen. Waren wij tot voor kort vooral snel gedeprimeerd door alweer een somber gestemd interview met dat depressieve deel van uw personeelsbestand, na het lezen en bestuderen van alle ellende binnen uw vakgebieden kan ik me inmiddels veel beter een beeld vormen van de oorzaken die hebben geleid tot het doorgaans chagrijnige karakter van uw medewerkers in de frontlinie. Onderzoek en analyses van uitsluitend kommer en kwel, het voorkomen dan wel het indammen daarvan, alsmede het adviseren erover richting slecht luisterende volksvertegenwoordigers zijn ongetwijfeld debet aan het imago dat het RIVM in de loop van twee jaren heeft opgebouwd. Het is ronduit treurig dat een groot deel der natie daar te weinig oog voor heeft, maar ik kan u verzekeren dat ik er alles aan zal doen om mijn omgeving te doordringen van uw goede bedoelingen. Het gemierenneuk, gemuggenzift, gezeur en gezanik over telkens weer nieuwe bedreigingen van onze samenleving door naargeestige insecten, milieuschadelijke stofjes en vleermuisvirussen stelt u voor zware opgaven. en dan hebben we het nog niet eens over de deze week ontstane ophef vanuit het KNMI over de nog snellere opwarming van planeet Aarde, een item dat binnen uw gelederen zonder dralen zal leiden tot de vorming van weer een nieuwe raad van wijzen.
Ik wil u echter wel ruimhartig tips aan de hand doen ten behoeve van het onderdeel communicatie. Van uw kant moet veel meer energie worden gestoken in het brengen en verpakken van de boodschap, het verkondigen van slecht nieuws, het waarom van maatregelen, van kansen, van mogelijkheden, en dat betekent aandacht voor die verdomde stip op de horizon, waar we met z‘n alleen zo smachtend naar uitkijken. Dat heet perspectief en daar bent u minder goed in, sterker nog, deze competentie ontbreekt volkomen. Gelet op de waslijst aan ellende is dat voorstelbaar, maar niettemin lastig en bovendien oervervelend. De horizon-met-vrolijke-noot ontbreekt, heer Brug, en al is die in deze barre tijden lastig te traceren, steek daar toch eens wat meer energie in. Het is en blijft ook voor u een kwestie van omdenken, want ook bij u en de uwen is het glas net zo vaak half vol als half leeg. Ik zou graag met een representatief deel van uw organisatie een middagje willen brainstormen, ergens veilig en ongedwongen op de hei, en uiteraard tegen een riante, doch relatief eenvoudig uit te leggen vergoeding. Daarbij wil ik u dan meenemen in mijn levensbeschouwelijke visie, waarmee wij samen – naast de realiteit van alle ellende – ook de zonnige kanten van ons bestaan kunnen doorgronden. Daar hebben we geen patatbakker uit Arnhem voor nodig, ook geen op de module Optimisme afgestudeerde psychologen, maar volstaat de visie van een eenvoudige jan-boeren-lul die in begrijpelijke burgertaal kan uitleggen hoe en waarom het volk moet worden toegesproken op basis van realiteit, maar ook op basis van een gezond toekomstbeeld, met aandacht voor het resterende stukje levensvreugde, dat ons langzamerhand dreigt te ontglippen.
Mijn gegevens staan elders op de website en ik kijk belangstellend uit naar een spoedig contactmoment met u, dan wel met de heer van Dissel, waarbij mijn enige voorwaarde bestaat uit het negeren van de heer Osterhaus tijdens deze aanstaande ontmoeting.
See you soon.
Wil je gratis en automatisch de columns en blogs van Roelsrules ontvangen?: stuur je mailadres naar aanmelding lezersservice
Geef een reactie