De vier toeristen die gistermiddag nabij de kerk in mijn woonplaats per fiets arriveerden zagen er indrukwekkend uit in hun regenpakken met fluorescerende, gele overschoenen, waarbij na de ontmanteling van hun uitmonstering niet veel meer resteerde dan een kwartet fragiele oudjes, dat na de cassis op het wat verregende terras weer vol aan de bak moest om in het nog natte ANWB-uniform weer een vervolg te geven aan hun 50 kilometer lange zwerftocht door de Achterhoek, richting eindpunt, waarschijnlijk ergens in Almen bij de Hoofdige Boer of bij een via MAX geselecteerd treurig B&B-adresje in het buitengebied van Exel. Met een beetje opletten kom je best aan je trekken op dit moment en toen ik onder het genot van een ijsje vandaag een pakweg 45-jarige vader aan z’n zoontjes hoorde vertellen dat De Graafschap uit Doetinchem komt en dat die stad ergens in Limburg ligt, heb ik mezelf heel hard moeten tegenhouden om niet kortstondig wat geografie te doceren.
Zo’n dag was het dus en op zo’n moment werd ik hartstochtelijk aangemoedigd door mijn vriendin om toch nog even mee te rijden naar Intratuin, een op deze plek al vaker aan de orde gestelde discutabele bestemming, waarbij alleen al de lange entree met volkomen overbodige etalagepoppen zoveel ergernis opwekt dat de tocht door de eindeloze wandelgangen van het troosteloze, maar niettemin massaal bezochte winkelpand doorgaans gepaard gaat met een toenemende mate van depressiviteit. De sombere gelaatsuitdrukkingen van het winkelend gepeupel werken ook niet echt stemmingverhogend en dan ontstaat al snel de indruk dat hier sprake is van een hoofdzakelijk wat kreupel volksdeel dat zich geen raad weet met de door de crisis vrijgekomen hoeveelheid overtollige pecunia, dat daarom de kar maar volpropt met zinloze aankopen in de vorm van vaak plastic snuisterijen of andere onzin die eind dit jaar op Marktplaats dan wel in de Kringloopwinkel een volgend leven gaan leiden, maar waardoor niettemin de wankele economie wat ondersteuning wordt verleend. Het is daar dus een treurigheid van likmereet, en de zonnebril en pet waarmee ik probeer de kilometerslange paden van het concern anoniem te doorkruisen kunnen weer in de kast, vanuit een resoluut en pertinent voornemen dat ik nu nooit meer een voet over de drempel zet op deze merkwaardig opgezette locatie van de vreemd genoeg populaire plantenkruidenier. Het gezegde onverrichterzake huiswaarts keren kent hier waarschijnlijk z’n oorsprong.
Overigens ben ik van mening dat er na 2020 een terugkomdag voor virologen en epidemiologen moet worden georganiseerd met Maurice de Hond als dagvoorzitter, om de gang van zaken eens grondig te evalueren, inclusief een bijscholingsverplichting voor Ab Osterhaus en nog wat van die dogmatisch ingestelde gasten, zowel op het onderdeel parate kennis als op de zijstraatjes communicatie, arrogantie en betweterigheid, inclusief examenverplichting.
En tot slot zijn we nu wel helemaal klaar met de neerslag van de afgelopen weken die ons heeft geteisterd in de vorm van miezerregen, motregen, fijne regen, forse buien, onweersbuien, hardnekkige neerslag, regen met een buiig karakter, milde buitjes, wat losse spetters en af een toe een hoosbui, afhankelijk van de voorspellende invallen van Hiemstra c.s. Inmiddels haat ik de dagelijks geraadpleegde buienradar, niet in het minst door de verschillen tussen de 3-uursverwachting en die van 24 uur, waardoor ik in een paar dagen tijd al twee keer zeiknat ben geworden.
Het wordt prachtig weer volgens de Hiemstra-achtigen, en we gaan ons wentelen in en laven aan warmte en zonneschijn. Can’t wait.
See you.
Wil je gratis en automatisch de columns en blogs van Roelsrules ontvangen?: stuur je mailadres naar aanmelding lezersservice
Geef een reactie